Over dit hoofdstuk/artikel

Renske van Dillen

over Chr.J. van Geel


+
renske van dillen (1975) is consulent literatuur bij het BisK (Brabants instituut voor school en Kunst) en docent poëzie en literatuur aan de AKV/ST. Joost (academie voor kunst en vormgeving) in Den Bosch en Breda.
1
Van Geel in een ongepubliceerde brief aan Noor Dekker (eigendom Stichting Chris van Geel), d.d. 14 januari 1939.
2
Idem.
3
Uit ‘Schilder’, in: Barbarber nr. 87 (december 1971), p. 32.
4
Zie noot 1.
5
Chr. J. van Geel, ‘Surrealisme’, in: Boekcier (tijdschrift van de Nederlandse Ex Libris Kring), nr. 6 (1 juni 1939).
6
E. du Perron in een ongepubliceerde brief aan Chris van Geel (eigendom Stichting Chris van Geel), d.d. 19 januari 1940.
7
Uit ‘Kijken’, in: Barbarber nr. 76 (september 1969), p. 11.
8
T. van Deel, ‘Vogels binnenste buiten’, in: De Revisor, nr. 4 (augustus 1977), p. 53-56.
9
In: Barbarber nr. 80 (april 1970), p. 5.
10
J.P. Guépin, ‘Van Geel als surrealist’, in: Chr. J. van Geel, de ene kunst leeft niet zonder de andere, althans bij mij, samenst. Elly de Waard (Amsterdam 1977).
11
Van Geel aan Emiel van Moerkerken, d.d. 4 januari 1961, in: Chr. J. Van Geel, De ene kunst leeft nooit zonder de andere, althans bij mij (zie noot 10).
12
In Verzamelde gedichten (Amsterdam 1993), p. 264.
13
In: Barbarber nr. 33 (november 1963), p. 19.
14
Zonder titel, in: Verzamelde gedichten (Amsterdam 1993), p. 334.
15
Chr. J. van Geel, ‘Bezigheid’. in: Barbarber nr. 64 (september 1968), p. 11.