Over dit hoofdstuk/artikel

Wim Hazeu

over J. Slauerhoff

over Johannes Tielrooy

over Henriette Albach-Tielrooy


1
Herman van den Bergh, Schip achter het boegbeeld (1958), p. 76.
2
Lalou (1889-1960) was een prominent Frans criticus en essayist, auteur van een Franse-literatuurgeschiedenis (La litterature française contemporaine, 1922; herz. herdr. 1924, 1941) en vertaler van Shakespeare, Keats et Poe.
3
D. Hessels (1894-1989), die zich na zijn studie in Haarlem had gevestigd op de eerste verdieping van het pand aan de Zijlstraat, hoek Zoetestraat in Haarlem.
4
Mari Andriessen (1897-1979).
5
Ze bedoelt waarschijnlijk Vlieland, waar Slauerhoff inderdaad verschillende keren aan dacht om zich daar als arts te vestigen.
6
Blaise Pascal in de Pensées (136-139): ‘[…] j’ai dit souvent que tout le malheur des hommes vient d’une seule chose, qui est de ne savoir pas demeurer en repos dans une chambre. Un homme qui a assez de bien pour vivre, s’il savait demeurer chez soi avec plaisir n’en sortirait pas pour aller sur la mer ou au siège dune place’.
7
Grote hersenen, waar onder andere de cognitieve en emotionele processen (logisch redeneren, planning, geheugen, emoties) plaatsvinden.
8
De schrijver en grafisch ontwerper P.H. van Moerkerken jr. was een socialist. Diens socialistische levensinstelling speelt een belangrijke rol in de zesdelige romancyclus De gedachte der tijden, die algemeen tot Van Moerkerkens belangrijkste werk gerekend wordt. Het zesde en slotdeel is Het lange leven van Habhabalgo (1924) dat op allegorische wijze in een reeks symbolische taferelen een beeld geeft van de wereldgeschiedenis, maar tevens een hoopvol toekomstperspectief tekent. Centraal in deze cyclus staat het streven naar vrijheid, rechtvaardigheid en individuele ontplooiing (bron: G.J. van Bork, in: Schrijvers en dichters (dbnl biografieën-project I, v.a. 2003).
9
Uit Tielrooys dagboek blijkt dat Slauerhoff niet in 1924 (zoals Jacoba zich veertig jaar na dato meende te herinneren) maar in maart 1925 voor het eerst bij de familie Tielrooy-de Gruyter over de vloer kwam.
10
Willem Adriaan Bonger (1876-1940), vanaf 1922 hoogleraar sociologie en criminologie aan de Universiteit van Amsterdam, oprichter van het blad Mensch en maatschappij in 1925.
11
Romano Guarnieri (1883-1955), Florentijns dichter, een van de oprichters van de Società Filosofica, behoorde tot de schrijvers rond het tijdschrift La Voce, vanaf 1907 leraar Italiaans in Nederland, als zodanig hier te lande grondlegger van de metodo Guarnieri. Giuseppe Prezzolini (1882-1982) was ook een Italiaanse schrijver en tussen 1925 en 1927 woonachtig in Parijs.
12
Jacques Rivière (1886-1925), Frans schrijver, hoofdredacteur van La Nouvelle française en vriend van Alain-Fournier.
13
Bron: een schrift vol herinneringen aan haar jeugd in Indië, die ze voor haar kinderen in 1990 heeft opgeschreven.
14
Dus: Johannes Tielrooy en Cricri de Gruyter.
15
Dolf Breetvelt (1892-1975), kunstschilder.
16
Boek dat Jacoba de Gruyter over haar ervaringen in Indië had gepubliceerd, in het Nederlands en het Frans: Kabar Angin. Indrukken uit Java en Bali, met medewerking van A. Breetvelt.
17
Pieter Ouborg (1893-1956), kunstschilder.
18
Luc Durtain (1881-1959), Frans arts en dichter.
19
Lenie, zie hiervoor Hazeu, Slauerhoff. Een biografie (1995). p. 289 e.v.