Over dit hoofdstuk/artikel

Niels Bokhove

over Joseph Roth


+
niels bokhove (1946), filosoof en Kafka-expert, schreef eerder over Hermans, Kafka, David Vogel en Sándor Márai voor De Parelduiker. Binnenkort verschijnt van hem Awaters spoor, wandelingen door het Utrecht van Nijhoff.
1
Zie Heinz Lunzer & Victoria Lunzer-Talos, Joseph Roth. Leben und Werk in Bildern. Überarb. Neuaufl. (Keulen 2009), p. 98, afb. 139.
2
Roth schreef op 11 juli 1934, bijna veertig jaar oud, aan Stefan Zweig: ‘Ich fürchte […], daß ich im selben Alter verrückt werde, wie mein Vater.’ (Briefe 1911-1939. Hrsg. u. eingel. v. H. Kesten [Keulen/Berlijn 1970], p. 349.).
3
David Bronsen, Joseph Roth. Eine Biographie (Keulen 1974), p. 40v.
4
Fred Grübel, Schreib das auf eine Tafel die mit ihnen bleibt. Jüdisches Leben im 20. Jahrhundert (Wenen/Keulen/Weimar 1998), p. 29.
5
Bronsen, Op. cit., p. 67; Wilhelm von Sternburg, Joseph Roth. Eine Biographie (Keulen 2009), p. 97v.
6
Zie de lijst van fabulaties in: Bronsen, Op. cit., p. 34vv.
7
S. Morgenstern, Joseph Roths Flucht ohne Ende. Erinnerungen (Keulen 2008), p. 19.
8
Bronsen, Op. cit., p. 332.
9
Bronsen, Op. cit., p. 34.
10
Von Sternburg, Op. cit., p. 183, 302, 436, 460. – Merkwaardig genoeg is dit thema sterk onderbelicht gebleven in de studies over Roth en zijn werk. Het enige wat ik ken is hoofdstuk 2, ‘Phantasie und Wirklichkeit. Geburtsort und Vaterschaft im Leben Joseph Roths’, in Bronsens biografie, p. 29-42.
11
Brief van 10 juni 1930 aan G. Kiepenheuer, Briefe 1911-1939, p. 165.
12
Bronsen, Op. cit., p. 35.
13
A. Rosenbaum, ‘The Tailor’s Synagogue’ en ‘Memories of the Past’ (vert. J.O. Goldstein en J. Landau), Rzeszow Community Memorial Book (Poland), http://www.jewishgen.org/yizkor/rzeszow/rzeszow.html, p. 476 en 478-80, scan van oorspronkelijk Jiddische versie Kehilat Raysha: seferzikaron. Ed. by M. Yari-Wold (Tel Aviv 1967) op http://yizkor.nypl.org/index.php?id=1438 (op de website van de New York Public Library).
14
‘Memories and Happenings. A Portrait of Rzeszow at the Beginning of the 20th Century’, http://www.jewishgen.org/Yizkor/Rzeszow/rze214.html, p. 220.
15
Bronsen, Op. cit., p. 191v. Deze barre tocht heeft Roth verwerkt in Die Flucht ohne Ende (1927), de roman waarmee hij in Duitsland doorbrak als schrijver.
16
Morgenstern, Op. cit., p. 30v. – Op de deelnemerslijst van het congres staan K. Rosenbaum uit Berlijn en S. Rosenbaum uit Rusland. Qua herkomst zou het de tweede kunnen zijn, maar de initiaal klopt niet. (Stenographisches Protokoll der Verhandlungen des xi. Zionisten-Kongresses in Wien vom 2. bis 9. September 1913, hrsg. vom Zionistischen Aktionskomitee [Berlijn/Leipzig 1914], p. 4).
17
Lunzer & Lunzer-Talos, Op. cit., p. 55-52.
18
Een soort biografie van hem (in het Jiddisch) bevindt zich ook in Kehilat Raysha: sefer zikaron, p. 481-83, maar daarvan is geen Engelse vertaling beschikbaar. Met dank aan Reuven Shekel voor de vertaling van deze biografische schets.
19
Bronsen, Op. cit., p. 97v.
20
Joseph Roth, Geschäft ist Geschäft. […] Der Briejwechsel zwischen Joseph Roth und den Exilverlagen Allert de Lange und Querido 1933-1939. Hrgs. u. eingel. v.M. Rietra […] (Keulen 2005), p. 18ov en 385.
21
Zie het lemma ‘Berlin-Hamburger Bahn’ in Wikipedia op internet.
22
Zie http://www.jewishgen.org/Yizkor/Rzeszow/rze103. html#27b.
23
J. Elias, in het Berliner Tageblatt van 20 juli 1916 (geciteerd naar Franz Kafka, Briefe April 1914-1917. Hrsg. v.H.-G. Koch [Frankfurt am Main 2005], p. 538; zie Kafka’s ironische, soms hilarische verslag van zijn ontmoeting op p. 177-182).
24
Zie http://yizkor.nypl.org/index.php?id=1389; Belz Memorial Book, http://www.jewishgen.org/Yizkor/belz/bel522.html.
25
Bronsen, Op. cit., p. 341. Vgl. over de Hirtenstraße: Joseph Roth, Juden auf Wanderschaft (Keulen 1985), p. 49v, en Joseph Roth in Berlin. Ein Lesebuch für Spaziergänger. Hrsg. von M. Bienert (Keulen 20035), p. 73vv.
26
Brief van 10 juni 1930 aan G. Kiepenheuer, zie noot 11.