Over dit hoofdstuk/artikel

Ruth Beijert

over Henri Bruning


+
Ruth Beijert (1966) promoveerde in 1997 op het proefschrift Van Tachtiger tot Modernist. Het Gezellebeeld in de Nederlandse kritiek 1897-1940.
1
H. van Galen Last, ‘Schrijvers in bezetting met twee maten gemeten’, in: nrc Handelsblad (9 juli 1985).
2
Jan Blokker, ‘Mijn Kampende rest’, in: de Volkskrant (13 april 2001).
3
Lisette Lewin, ‘Ik zou over heel deze periode willen zwijgen’, in: de Volkskrant (12 oktober 1985).
4
Zie voor gegevens over deze nieuwe fase binnen de katholieke verzuiling o.a. L.J. Rogier, N. de Rooy, In vrijheid herboren. Katholiek Nederland 1853-1953 (‘s-Gravenhage 1953), p. 639-658.
5
A. van Duinkerken, ‘De nieuwe elite’, in: De Gemeenschap (1939, jrg. 15), p. 481-482.
6
Engelman deed deze uitspraken in 1930 in het kader van een enquête onder katholieke jongeren voor het dagblad De Tijd. Zie L.M.H. Joosten, Katholieken en fascisme in Nederland, 1920-1940 (Hilversum/Antwerpen 1964), p. 159-160.
7
Gerard Knuvelder, ‘Hitler’, in: Roeping (1932/1933, jrg. 11), p. 395.
8
Gerard Knuvelder, ‘Gleichschaltung?’, in: Roeping (1932/1933, jrg. 11), p. 594-595.
9
Ibidem, p. 598.
10
Henri Bruning, ‘Kunst en kunstenaar’, in: Roeping (1926, jrg. 4), p. 220.
11
Henri Bruning, [zonder titel], in: De Valbijl (1924, nr. 1), p. 18.
12
Brief aan Anton van Duinkerken, 26 oktober 1928 (collectie Bruning, Letterkundig Museum).
13
Menno ter Braak, ‘Subjectief fascisme. Het persoonlijk denken in een katholieke vorm; vrijheid en gezag’, in: Het Vaderland (27 mei 1936).
14
Henri Bruning, Verworpen Christendom (Amsterdam 1938), p. 84.
15
Ibidem, p. 85.
16
Ibidem, p. 33.
17
Menno ter Braak, ‘Subjectief fascisme. Het persoonlijk denken in een katholieke vorm; vrijheid en gezag’, in: Het Vaderland (27 mei 1936).
18
Menno ter Braak, ‘Henri Bruning en het geloof’, in: In gesprek met de onzen (Amsterdam 1946), p. 167-168.
19
Henri Bruning, Verworpen Christendom (Amsterdam 1938), p. 12.
20
Menno ter Braak, ‘Henri Bruning en het geloof’, in: In gesprek met de onzen (Amsterdam 1946), p. 167-168.
21
J.J. Kelder, ‘Henri Bruning en het Nationaal-Socialisme’, in: Ons Erfdeel (mei/juni 1986).
22
Hans van Straten, ‘Boeketje jodenhaat’, in Propria Cures (1989, jrg. 99, no. 22), p. 3.
23
Henri Bruning, ‘Massa, volk, vonnis, Vestdijk en nog iets’, in: De Schouw (2 maart 1942).
24
J.J. Kelder, Schrijven voor de nieuwe orde (Utrecht 1983), p. 60.
25
Brief van Bruning aan Ernst Voorhoeve, 5 oktober 1943 (collectie niod, doe. I-1819).
26
Henri Bruning, Het zwaard (Amsterdam 1934), p. 23.
27
Henri Bruning, ‘Drie dagen in Vlaanderen’, in: Hier Dinaso (25 januari 1936), p. 2-3.
28
Brief van Bruning aan J.A. Meyers, redacteur van De Groene Amsterdammer en auteur van een artikel tegen Brunings spijtbetuiging in Maatstaf (collectie Bruning, lm).
29
Henri Bruning, ‘Een ander spoor’, in: Maatstaf (1954/55, jrg. 2), p. 440-441.
30
Pierre H. Dubois, Memoranda; hermetisch en besterd; literair leven in jaren van onrust (‘s-Gravenhage 1987), p. 160.