Over dit hoofdstuk/artikel

Thilde Stuiveling

over Herman Gorter

over Jenne Clinge Doorenbos

over Ada Prins


+
Mathilde Stuiveling-van Vierssen Trip, geboren te Rotterdam in 1907, woont sinds haar huwelijk in 1935 met Garmt Stuiveling (1907-1985) te Hilversum. Zij is lid van het Humanistisch Verbond.

Over dit hoofdstuk/artikel

Thilde Stuiveling

over Herman Gorter

over Jenne Clinge Doorenbos

over Ada Prins


+
Mathilde Stuiveling-van Vierssen Trip, geboren te Rotterdam in 1907, woont sinds haar huwelijk in 1935 met Garmt Stuiveling (1907-1985) te Hilversum. Zij is lid van het Humanistisch Verbond.

Over dit hoofdstuk/artikel

Maurits Verhoeff

over Nescio


Over dit hoofdstuk/artikel

Hans Roest

over Nescio


Over dit hoofdstuk/artikel

Rody Chamuleau

over Nescio


Over dit hoofdstuk/artikel

Rody Chamuleau

over Nescio


Over dit hoofdstuk/artikel

F.L. Bastet

over P.A. Daum

over Louis Couperus


+
Frédéric Bastet (1926), dichter, romancier en biograaf van Louis Couperus, was van 1965 tot 1976 hoogleraar klassieke archeologie aan de Rijksuniversiteit Leiden en aansluitend, tot 1987, conservator van de klassieke afdeling van het Leidse Rijksmuseum van Oudheden. Hij publiceerde eerder in De Parelduiker de aan hem gerichte brieven van Ida Gerhardt.
1
G. Termorshuizen, P.A. Daum. Journalist en romancier van tempo doeloe (1988).
2
F. Bastet, Louis Couperus. Een biografie (1987). p. 116.
3
W. van Itallie-van Embden, Sprekende portretten (1925), p. 86.
4
Brief in bezit van schrijver dezes.
5
Citaten hieruit steeds ontleend aan P.A. Daum, Verzamelde romans i (1997).
6
Ibidem, p. 275 e.v.
7
Zie het hierna volgende.
8
Termorshuizen, Daum, p. 232-235; p. 534 (noot 178), met verwijzing naar Paul van ’t Veers artikel ‘Een Haagse cocotte in de Indische literatuur, of: de tante van de gouverneur-generaal’, in: Hollands Maandblad (juni-juli 1978), p. 45 e.v. Zie ook Paul van ’t Veer, Het leven van Multatuli (1979), p. 274 e.v.; p. 457 (noot 212). Bovendien K. ter Laan, Multatuli Encyclopedie (1995), p. 309, s.v. Elise van der Meyde.
9
C. Fasseur, Indischgasten (21999), p. 148-149.
10
Ibidem, p. 113-114.
11
Ibidem, p. 113-151. Zie over Van Rees ook Multatuli Encyclopedie, p. 387.
12
J. Kortenhorst, ‘Een vrouw voor Carel van der Pool’, in: Jaarboek Die Haghe (1969), p. 88; verder passim.
13
Ibidem, p. 89.
14
Ibidem, p. 82. Het volgende hoofdstukje gaat grotendeels terug op Kortenhorsts onderzoek en bevindingen. Zie over de hier optredende Van der Pool ook Multatuli Encyclopedie, p. 369.
15
Gegevens ontleend aan het familieregister-Bastet, met bijzondere dank aan de oud-wethouder François Daniël Bastet † te Wassenaar.
16
Kortenhorst, Die Haghe, p. 89-90.
17
Zie noot 15.
18
In een brief d.d. 18 februari 1988 preciseerde J. Kortenhorst dit overigens met de toevoeging: ‘Ik denk dat Elise erg veel sympathie bij de Bastets […] ondervonden heeft, want ik meen (herinner mij dat niet precies) dat ook andere Bastets legaten waren toebedeeld.’ Daar hierover in de familie niets bekend is, passen helaas slechts vraagtekens. Zoals gezegd, is deze tak uit het zicht geraakt.
19
Daum, Verzamelde romans i, p. 276. Voor het gemak van de lezer worden enkele eerdere citaten hier opzettelijk herhaald.
20
Eline Vere, hoofdstuk iv, x.

Over dit hoofdstuk/artikel

Marco Daane

over George Orwell


+
Marco Daane (1959) is biograaf van Richard Minne en redacteur van De Parelduiker. In U schijnt de stad niet goed te kennen? (2002) gaat hij samen met Wieneke ’t Hoen op zoek naar het Antwerpen van Willem Elsschot.
1
George Orwell, Animal Farm. A fairy story (London 1995), p. 161 en 179. (50th Anniversary edition.)
2
Michael Shelden, Orwell. The authorised biography (London 1991), p. 261 en 520.
3
George Orwell. A kind of compulsion, 1903-1936. Ed. Peter Davison (London 2000), p. 21-22. Complete works.
4
Animal Farm,. 24 en 55.
5
This is Brighton & Hove, http://www.thisisbrighton.co.uk/brighton_hove/archive/1999/05/19/news4VQ.html.
6
Animal Farm, 45.
7
Animal Farm, 156.

Over dit hoofdstuk/artikel

H.J.A. Hofland

over Jan Vrijman


Over dit hoofdstuk/artikel

H.J.A. Hofland

over Jan Vrijman