Charles Vergeer
Een foute broek
In het vorige nummer van De Parelduiker schreef ik over Arthur van Schendel en Italië. Hoe gevoelig het ligt dat de schrijver, overigens onverdacht antifascist, in Italië ging wonen toen daar de fascisten aan de macht kwamen en er bleef wonen tot het einde van de oorlog, bleek uit enkele recensies en reacties. Vooral de vermelding dat Jan Greshoff als fascist gekleed op bezoek kwam bij de familie Van Schendel, trok de aandacht. In één reactie werd opgemerkt dat Greshoff bij die gelegenheid geen fascistenuniform droeg, maar slechts een modieus zwart hemd. Maar zou Greshoff zich dan werkelijk niet bewust zijn geweest van de ongelukkige associatie die van dat hemd uitging? Bekijk wat foto’s van de Mars op Rome van Mussolini en zijn fasci en je ziet dat het uniforme bestond in het dragen van de zwarte hemden.
Het verblijf van Van Schendel in Italië riep overigens toentertijd ook al vragen op. Zo liet de schrijver Henri van Booven (1877-1964) op 19 september 1933 – op briefpapier met het opgedrukt briefhoofd ‘Genootschap Louis Couperus’ – de ‘Hooggeachte Heer Van Schendel’ onder meer het volgende weten: ‘Zooals U bekend is, wint de fascistische wereldbeschouwing ook in Nederland veld. Zoudt U zo goed willen zijn mij even in te lichten of Gij ook tot eenige fascistische partij hier in Nederland behoort? Tot de Italiaansche zal natuurlijk geen buitenlander behooren, maar daar U in Italië woont, en natuurlijk ook de zegeningen van het fascistisch bewind meemaakt, interesseert het mij, die zelf behoor tot de partij van Mussert hier, zéér of wij al of niet geestverwanten zijn.’ Op die vraag had Van Booven ‘liefst per omgaande’ nader bericht ‘daar ik bezig ben hier de vaderlandsch-voelende auteurs van de roode schreeuwers te scheiden, en ze ter lezing bij ons aan te bevelen’.
Van Booven fulmineerde in zijn brief verder vooral tegen de socialistische schrijver A.M. de Jong, toen heel bekend door zijn achtdelige Merijntje-Gijzen-cyclus, die tien jaar later door Nederlandse ss-ers vermoord zou worden. Het is niet waarschijnlijk dat Van Schendel de brief van Van Booven beantwoord heeft.